Meester Xuyun, een Chan monnik die in China leefde van 1840 tot 1959, liet na een meditatiesessie eens een kom met heet water vallen op de grond. Toen het geluid van de scherven zijn hersenen bereikte, had hij een instant verlichtingservaring. Mijn vrouw liet een poos geleden ook een kom vallen in de keuken. Wat volgde was echter geen doorbraak, maar overweldigende pijn waardoor ik me moest vasthouden aan mijn bureau om niet flauw te vallen.
Sinds twee jaar leef ik met hyperacusis als gevolg van een hersenletsel. Hyperacusis betekent letterlijk ‘teveel horen’ en is de medische term voor een brein dat geluid niet meer normaal kan reguleren. Kort samengevat: mijn pijngrens voor geluid ligt extreem laag waardoor alle geluiden – ook het ritselen van bladeren of het ochtendgezang van een merel – me regelmatig overspoelen met verlammende pijnen. Alsof mijn hersenen in brand staan en mijn oren doorboord worden met withete naalden.
Getroffen door scherpe windachtige pijn
jij, monnik, levend in het woud
-bar, met weinig aalmoezen-
wat, wat ga je doen?
Mijn lichaam overgietend
met overvloedige vervoering en vreugde
en de barheid doorstaand
blijf ik in het woud.
In de initiële fase van mijn leven met hyperacusis, moest ik in opdracht van mijn audioloog mijn hersenen geleidelijk opnieuw laten wennen aan geluid, in plaats van gehoorbescherming te gebruiken. Dagen bracht ik door op bed, vechtend tegen de pijn en uitputting. Het bovenstaande gedicht uit de Theragatha De Theragatha (Verzen van de Oudere Monniken) zijn een verzameling korte gedichten in het Pali die worden toegeschreven aan monniken van de vroege boeddhistische sangha. Je vindt ze als onderdeel van de Khuddaka Nikaya. inspireerde me elke keer weer, wanneer ik me hopeloos voelde. Natuurlijk ben ik geen monnik die in de wildernis leeft. Maar ik dacht: als deze monniken het konden in dergelijke omstandigheden, dan kan ik het ook.
In het begin was mijn relatie tot pijn heel eenvoudig: ik verbeet hem, vocht ermee, wilde hem overwinnen. De pijn was iets waar ik vanaf moest. Het mezelf opnieuw laten wennen aan geluid was daar een strategie toe. Althans, dat hoopte ik.
“Wanneer ongeleerde gewone personen pijnlijke fysieke gevoelens ervaren, treuren ze en klagen ze, slaan ze op hun borst en raken ze in verwarring. Ze ervaren twee soorten pijn: lichamelijk en geestelijk.
Het is als een persoon die getroffen wordt door een pijl, om vervolgens getroffen te worden door een tweede pijl. Die persoon ervaart de pijn van twee pijlen.”
Bikkhu Bodhi schreef een mooi artikel over zijn eigen beleving van chronische pijn. Zo ontdekte ik de Sallasutta. Hierin vertelt de Boeddha dat het ervaren van pijn is als een pijl die je raakt. Wanneer je ook je mentale toestand door de pijn laat beïnvloeden, is het als een tweede pijl die je raakt. Uiteraard raadt de Boeddha ons aan om het bij die eerste pijn te laten.
Maar hoe doe je dat? De Sallasutta raadt ons aan om onze pijn vanaf een afstand te aanschouwen, om geen aversie op te wekken en om niet, ter afleiding, in andere zintuiglijke genoegens te duiken. Ik besloot om de volgende keer dat de pijn zich aandiende, op mijn meditatiekussen te gaan zitten en de pijn recht in de ogen te kijken.
De sleutel tot een nieuwe relatie met de pijn was Gevoel (Pali: Vedana). Gevoel is de affectieve toon die we onbewust loslaten op alles wat we ervaren. Of we vinden iets leuk en willen we er meer van; óf we vinden iets niet leuk en willen we er vanaf; óf het is neutraal. Gevoel komt zowel voor in het rijtje van de vijf skandha’s In de Boeddha's leer zijn de vijf skandha's, vaak vertaald als de vijf aggregaten, de basiselementen van onze ervaring: Vorm, Gevoel, Perceptie, Mentale Formaties en Bewustzijn. als in de keten van onderling ontstaan De keten van onderling ontstaan geeft het basisprincipe weer dat alle dingen ontstaan in afhankelijkheid van andere dingen. Een bekende slogan in de soetta's luidt al volgt: als dit bestaat, bestaat dat; als dit ophoudt te bestaan, houdt dat ook op te bestaan. . Het is een belangrijke schakel in hoe we omgaan met dat wat we ervaren en onze verlangens.
Wanneer ik aanwezig kon blijven bij de pijn – net zoals je aandachtig bij je adem blijft bij ademmeditatie – werd ik gewaar dat er op de pijn vrijwel onmiddellijk een innerlijke stem volgde: ‘Nee, dit wil ik niet, ik wil deze pijn niet, stop!’ Meteen daarop ontstond het diepe verlangen om pijnvrij te zijn en klampte ik me vast aan dat idee. Wat ook opmerkelijk was: pas wanneer deze hele keten zich had ontrold, en dit gebeurde razendsnel, voelde ik me miserabel.
De kunst was dus om aandachtig bij de pijn te blijven. Zodra ik merkte dat ik de pijn begon af te wijzen, keerde ik terug naar de pijn. Net zoals je dat doet bij ademmeditatie.
Zo leerde ik langzaam om het bij één pijl te houden. De pijn overmeesterde me niet langer, hij was zijn macht kwijt. Pijnvrij was ik niet, maar mijn situatie werd leefbaar(der). In ieder geval leed ik er veel minder onder en mijn dierbaren ook.
Sinds hyperacusis mijn leven binnensloop, is lijden een concreet dagelijks feit.
TweetDe beoefening van mededogen neemt een belangrijke plaats in binnen verschillende boeddhistische stromingen. Hoewel ik dat voor mijn kennismaking met hyperacusis wel begreep, bleef het toch een beetje vaag. Toch kon ik niet ontkennen dat ik makkelijker bij de pijn kon blijven wanneer ik een innerlijke houding van vriendelijkheid en verwelkoming aannam. Maar mijn ervaring met de kracht van mededogen zou zich onverwacht nog verder verdiepen.
Niet zo erg lang geleden, had ik een bijzonder slechte dag. Ik voelde me uitgeput, de pijn was overweldigend en ik had er genoeg van. Ik voelde me depressief, ontmoedigd en duister, terwijl de pijn op me bleef inbeuken.
Plotseling dacht ik terug aan een gesprek dat ik die ochtend had gehad met de ouders van een klasgenootje van mijn jongste dochter. Zij hadden deze zomer hun tweede kindje verloren. De moeder had na een zwangerschap van zes maanden hun reeds overleden kindje moeten baren. Het had perfecte vingers en teentjes, wisten ze me te vertellen. Dit greep me hard aan en terwijl ik me verplaatste in hun situatie, begon ik de pijn te voelen die ik zelf als vader zou ervaren. Het leek me gruwelijk om zoiets mee te moeten maken.
Tot mijn grote verbazing ontdekte ik dat de pijn in mijn hersenen weg was.
TweetSinds dit bijna magische moment is de pijn door de dag heen veel minder sterk aanwezig. De diepe ervaring van mededogen heeft echt voor een doorbraak gezorgd en ondertussen ben ik op weg om opnieuw een relatief normaal leven te leiden.
Pijn kan dus een leermeester zijn. Niet de meest subtiele, maar ik vrees dat ik een hardleers type ben. Sinds ik met hyperacusis werd geconfronteerd is mijn concentratievermogen aanzienlijk toegenomen, ik ben veel geduldiger geworden en milder. Ook heeft mijn doorzettingsvermogen een serieuze boost gekregen.
De eerst zo onwelkome pijn heeft mijn inzicht in fundamentele boeddhistische leringen verdiept. En is uiteindelijk een compagnon geworden, een vriend die er mag zijn. Toch hoop ik dat wanneer mijn vrouw nog eens een kom laat vallen, er zich een doorbraak aandient. Tot dat moment mediteer ik en praktiseer ik mededogen.