Doneer
zenleraar-julia-veldkamp-header

“De vragen waar mensen mee komen, leven óók in mij”

Gevraagd worden om leraar te zijn: dat was wel het laatste dat zenbeoefenaar Julia Veldkamp in 2018 verwachtte. Inmiddels is zij behalve leraar ook een van de vier geestelijke leiders van Zen Centrum Amsterdam. Daarnaast werkt ze als mediator en echtscheidingsadvocaat. Hoe combineert Julia deze rollen?

Je leraar Nico Tydeman gaf je in 2018 shiho, de transmissie naar zenleraar. Had je dat zien aankomen?

“Nee helemaal niet, ik schrok er ook van. Ik was pas zeven jaar leerling van Nico en vond het daarom vroeg om al transmissie In veel boeddhistische tradities kun je pas leraar worden als je daarvoor toestemming krijgt van een bestaande leraar. Die ‘benoeming tot leraar’ noemt men transmissie. te krijgen. Tegelijkertijd vertelde Nico dat hij zou stoppen als geestelijk leider bij het Zen Centrum Amsterdam (ZCA) en dat leiderschap overdroeg aan mij en drie anderen. Een bitterzoete gewaarwording: ik was dankbaar en blij maar moest ook afscheid nemen van onze geestelijk leider. En het laadde de last op mijn schouders van datzelfde leiderschap. Het overviel me, er kwam ineens zoveel bij kijken.”

Julia Veldkamp Zen Centrum AmsterdamHoe kwam je zelf als leerling bij Nico terecht?

“In 2012 klopte ik voor het eerst bij het ZCA aan. Zitten deed ik toen al een paar jaar, maar dat was geen zazen In zen is dit het woord dat verwijst naar zitmeditatie. volgens de traditie, ik improviseerde. Gewoon alleen, thuis. Meister Eckhart bracht me bij het Zen Centrum, deze mysticus was voor mij een openbaring. Ik ontdekte dat hetgeen me aansprak in het boeddhisme en het soefisme óók in het christendom zit. Eckharts taal is regelrechte zentaal, zo doorsnijdend is het. Toen ik op zijn teksten stuitte werd het me duidelijk dat een leraar op dit pad voor mij onontbeerlijk is. Ook leefde al langer in me een wens om dit pad samen met anderen te bewandelen, het niet allemaal alleen uit te knobbelen.

Je bent lekenleraar. Naast je zenleraarschap heb je een eigen bedrijf als mediator en echtscheidingsadvocaat. Hoe pakt dat uit?

“Ons zencentrum is een stadscentrum, het is ingebed in de stad. De mensen die er komen hebben over het algemeen een baan, ze wonen thuis en niet in een klooster. Datzelfde geldt voor mij. Naast mijn leraarschap werk ik en woon ik in mijn eigen huis, ik ben niet ingebed in het monastieke leven. Een voordeel daarvan is dat de vragen waar mensen mee leven ook de vragen zijn waar ik mee leef. Hoe leid ik mijn geestelijke leven temidden van alle drukte? Hoe doorleef ik dat?

Zelf ken ik ook de verscheurdheid tussen wat mijn positie als geestelijk leider/leraar van me vraagt en wat het werkende leven van me vraagt. Er zijn momenten dat ik me het liefst volledig aan het Zen Centrum Amsterdam zou wijden. Ik kan me herinneren dat ik, alweer jaren geleden, na de ochtendzit met tranen in mijn ogen daar wegging: ik wilde daar blijven en wilde niet naar kantoor om achter mijn computer te zitten en bezig te zijn met al dat gezeur.

Wat ik daarvan iedere keer weer leer is om door te gaan, om mijn dharmapositie Ieder van ons heeft zijn eigen unieke positie in de wereld en kan van daaruit doen wat hij/zij nodig vindt of gewoon graag wil doen te leren kennen: hier sta ik en hier ga ik mijn weg.

Het dagelijks leven ís de weg, zoals ook een belangrijke koan luidt:

Zhaozhou vraagt aan Nanquan: ‘Wat is de Weg?’
Nanquan antwoordt: ‘Je dagelijkse leven is de Weg.’
Zhaozhou vraagt daarop: ‘Als mijn dagelijkse leven de Weg is, hoe kan ik hem dan bereiken?’
Nanquan: ‘Als je de Weg zoekt, raak je er mijlen van verwijderd.”

Die verscheurdheid blijft een uitdaging, maar het is geen hindernis meer om te doen wat mij te doen staat.”

Wat houdt het geestelijk leiderschap in?

“Samen met de drie andere geestelijk leiders geven we een stem en een ziel aan dit centrum.. Dat is een weg die we gaan. We zetten daarin nu de eerste stappen.

julia veldkamp transmissie
Julia met Nico Tydeman

Voelde het als een eer om transmissie te krijgen?

“Een eer zou ik het niet durven noemen. Het leven is een gemengd bedrijf, zegt Nico wel eens. En dat is transmissie krijgen ook. Onderricht geven in de dharma is het mooiste wat er is, het gaat over de essentie van het leven. Over het verlangen naar bevrijding dat er in mij en een ieder zit. In zen is het gebruik dat je toestemming krijgt om daarin te onderwijzen, dus ik ervaar het als een groot geschenk dat ik het vertrouwen krijg om dat te mogen doen. Ik lees geschriften over zen en mystiek niet omdat het moet, maar omdat ik niet anders kan en niet anders wil. Hoe mooi is het om te mogen spreken over dat waar mijn hart vol van is? Tegelijkertijd ben ik ook beducht om erover te spreken, omdat er bijna niet over valt te spreken. Ik zit er eigenlijk altijd naast als ik er wat over zeg.”

Vind je het een grote verantwoordelijkheid leraar te zijn?

“Onderricht gaat grotendeels over zazen. Zazen is de dharmapoort naar de vreugde. Om die vreugde, kracht en schoonheid van de eenvoud van zazen te mogen doorgeven is een feest. Je hoeft niets anders te doen dan het centrum in te lopen en op een kussen te gaan zitten. Dat idee maakt het leraarschap minder groot en zwaar voor mij, het brengt het terug in proportie.

Ik ben vertrouwd met luisteren, met in contact zijn. In beide gevallen gaat het erom te luisteren naar wat er speelt

Tweet

In 2018 stelde ik de vraag aan een Japanse Leraar, Yamamoto Roshi, hoe om te gaan met het verlies van mijn leraar/geestelijk leider. Allereerst troostte hij me enorm door te zeggen dat transmissie niet het eindstation is, maar puur het begin. ‘It’s just the beginning of your training’, zo zei hij. Daarnaast leerde hij me het volgende: ‘Er is geen belangrijkere of waarachtigere leraar dan de leraar die je in jouw hart draagt, want deze waarachtige leraar geeft al die tijd onderricht door zijn wijsheid en compassie. En deze wijsheid en compassie zijn niet van jou verwijderd, ook al vertrekt de fysieke leraar. Realiseer je dat en vertrouw daarop, want de authentieke leraar is altijd in jou geweest, niet ergens anders’.

De instructies, wijsheid en compassie van mijn leraar Nico, de zaadjes die door zijn onderricht zijn geplant, zitten ook in mij. Om vrede te vinden met deze erkenning is mijn weg. Het gaat erom daarop te vertrouwen en tegelijkertijd durven toe te laten dat ik het soms níet vertrouw en níet weet, en dat ik daar soms moeite mee heb. Naast zazen is daisan een belangrijk deel van de traditie, gesprekken tussen leraar en leerling. Voor mij heeft dat iets natuurlijks. Dat zal ook komen door mijn vak als mediator, ik ben vertrouwd met luisteren, met in contact zijn. In beide gevallen gaat het erom te luisteren naar wat er speelt. Dus dat vind ik niet moeilijk, ik vind dat juist mooi. Daisan is intimiteit, leerling onderzoekt de leraar en andersom. Ik geef daarom ook geen adviezen voor mijn gevoel, het is een wederzijds onderzoek, net zoals zazen.”

Is het noodzakelijk om een leraar te hebben, of kan een sangha ook zonder?

“Ik kan die vraag niet voor een ander beantwoorden, maar voor mij is een leraar onontbeerlijk op dit geestelijke pad. Tegelijkertijd zijn er veel voorbeelden te vinden van mystici die dit pad alleen gingen. Ik heb mezelf daar in de aanloop naar de overdracht ook serieus over bevraagd: wil ik in deze traditie gaan staan? Immers nu wordt het menens. Ik herken mij namelijk ook in de mystici die dit pad alleen gingen. Juist omdat deze hang ook in mij zit, is het voor mij leerzaam dit pad samen te gaan, en wel degelijk te stappen in een traditie en me te realiseren dat de voorouders in deze traditie voor mij zorgen. Ik ervaar de rijkdom ook van het staan in de traditie, van het samen zitten, zazen is in wezen iets wat we gezamenlijk doen.”

Wat is voor jou de waarde van een leraar?

“Iemand die me dit pad toont, het pad van niet weten. Een leraar is als een voorganger, iemand die vóór mij de weg is gegaan en me aanmoedigt op dit pad. Ook iemand die met mij de eenzaamheid doorstaat die er ook bij hoort. Bij wie ik me onverbloemd kan tonen. Móet tonen zelfs, anders zou ik mezelf bedotten. Iemand bij wie ik met al mijn vragen terecht kan en bij wie ik bloedeerlijk kan zijn.”

Het gaat er om een vrije geest te worden

Tweet

Ben je zelf zo’n leraar voor anderen?

“Het karakter van mijn leraarschap moet zich nog ontwikkelen. Wat voor mij in ieder geval belangrijk is, is dat er vreugde en spel in mijn leraarschap zit. Beoefening gaat voorbij de nuttigheidsvraag, die valt weg. Zoals Nico zegt, onze beoefening is soeverein. Beoefening omwille van de beoefening. Het gaat er om een vrije geest te worden. Wat mij aanspreekt in het onderricht is de liefde en intimiteit die in zazen zitten. En het directe contact tussen leraar en leerling, het samen onderzoeken en lopen van het pad. Daar word ik blij van.”

Hoe reageerden je mede-sanghaleden op je transmissie?

“In het begin was het onwennig dat mijn medeleerlingen in het centrum ineens bij mij in daisan kwamen. Ik ben niet zoals Nico gestart: een beginnende leraar die zelf mensen om zich heen verzamelt. Wij hebben een volwassen sangha overgenomen. En zoals bij elke verandering heeft het tijd nodig om een nieuw evenwicht te vinden, zeker als de geestelijk leider na 25 jaar weggaat. Er zijn ook mensen die daarom het centrum hebben verlaten. Zo gaat dat, fair enough.

Inmiddels heb ik een eigen groep op de donderdagavond en geef ik elke eerste zondagochtend van de maand ochtendmystiek. Aan hen geef ik met grote vreugde en dankbaarheid onderricht. Het is prachtig om te mogen doen, ook al is het geestelijk pad geen rechte lijn. Want dit pad kent ook eenzaamheid en verlatenheid, het niet weten. Dat is niet altijd lekker en comfortabel. Zo is het ook met het leraarschap. Het is de kunst om ook dat te doorstaan, om daarin heel eerlijk naar mezelf te zijn en er niet van weg te lopen. Er zijn natuurlijk wel momenten dat dat het liefste is wat ik zou willen doen. Ik heb geen man, ik ben een vrije vrouw en ik hou ervan om te gaan en staan waar ik wil. Maar nu ben ik bijna getrouwd met dat zencentrum.

Door deze stappen op het pad te zetten verbind ik me aan een sangha. Een sangha wordt niet voor niets het schurende juweel genoemd. Dat kent moeilijkheden en fricties. Waar ik in een relatie of bij een bedrijf nog kan denken: “Nou ik voel me niet meer helemaal senang, ik ga verder”, kan dat nu niet. Dit pad is voor het leven.”


Bekijk ook de documentaire ‘In de geest van zen’, over de vrouwelijke zenleraar Irène Kaigetsu Kyojo Bakker