Doneer
lorenzo-verlichting

Lorenzo Wong-Yaw: “Het leven blijft een hindernisbaan die we niet kunnen ontvluchten”

"In Thailand beseffen ze dat het leven niet zo maakbaar is" stelt Lorenzo Wong-Yaw. "Misschien daarom schiet men elkaar sneller te hulp". Vier jaar bracht Lorenzo door in boeddhistisch Thailand, waar hij zich thuis voelde. Nu zoekt hij opnieuw zijn draai in Nederland. “Met meditatie kom ik tot de essentie van mijn bestaan.”

Zeg boeddhisme of de Boeddha en we denken al snel aan ‘verlichting’. Maar wat is verlichting precies? En hoe zien moderne beoefenaars binnen het boeddhisme dit? Jolanda Breur vraagt het nachtportier Lorenzo Wong-Yaw. Dit is deel 8 in een serie.


“Ik ben net drie maanden terug in Nederland, na vier jaar Thailand. Daar worstel ik mee. Het is moeilijk om een passende baan te vinden als je bijna 62 bent. Dat geldt natuurlijk voor velen, zeker door de coronamaatregelen. Maar ik voel me hier soms ook niet meer thuis, mensen lijken meer met zichzelf bezig dan voorheen. Degenen die het maatschappelijk gemaakt hebben, profileren zich explicieter. Ze hebben het zelf verdiend, vinden ze. Terwijl het gratie is dat ze op de juiste plek terechtkwamen en dat een tijd volhielden. Ik heb respect voor ze, maar het is geen verdienste.

In Thailand beseffen ze dat het leven niet zo maakbaar is. Misschien daarom schiet men elkaar sneller te hulp en is het contact met anderen warmer, op straat alleen al. Ik gaf er bijles Engels en leerde veel mensen kennen die mediteren. Regelmatig bezocht ik kloosters om me terug te trekken. Mijn salaris was niet hoog, maar ik kon er normaal van leven. In Nederland liggen de kosten voor basisbehoeften zoals een huurwoning toch hoger. Ik logeer vooralsnog bij mijn werkgever.

Toch ga ik er vanuit dat het goed komt. Ik krijg opnieuw de kans er hier iets van te maken, nadat ik Thailand verliet vanwege de covid-crisis. Mijn leven ontvouwt zich als vanzelf. Dat vertrouwen groeide door jarenlang mediteren. Daar begon ik mee op mijn zestiende, met Transcendente Meditatie. Ik woonde nog in Suriname en er was een TM-centrum bij mij in de buurt. Het is een ontspannende vorm van mediteren, die me uiteindelijk niet diep genoeg ging. Ik deed er geen zelfkennis mee op. Toen ik op mijn achttiende naar Groningen kwam om sociologie te studeren, leerde ik vipassana-meditatie kennen.
boeddhist vertelt over verlichting

Vipassana heeft mijn leven vorm gegeven, ik beoefen het nog iedere dag.

We hebben als mens noodzakelijk patronen en routines. Maar door te mediteren kom ik tot wat voor mij de essentie van ons bestaan is. Ik ontkoppel mezelf van de waan van de dag en ervaar een innerlijke vrijheid die ik normaal gesproken mis. Het is een spreekwoordelijke ruimte waardoor ik de geestelijke en lichamelijke verschijningsvormen van mezelf helder zie. Die blik geeft me inzicht in mijn gedragspatronen en reacties op situaties. Dat is soms confronterend, want wat opkomt aan gedachtes en gevoelens blijft onvoorspelbaar. Zoals ik nu Thailand mis. Ik probeer me daarin te schikken en het los te laten.

Die innerlijke ruimte is voor mij verlichting. Niet dat ik verlicht ben. Ik kan me drijvend houden, door afstand te nemen van de ontwrichtende feiten als ik voel dat ik zink. Ik ben geen koude kikker, soms sudderen dingen die me bezig houden door als ik op mijn kussen zit. Maar na jaren mediteren ontkoppel ik me er meestal snel van. In het dagelijks leven kom je mensen tegen die je soms begrijpen en soms niet. Vanochtend nog gedroeg een collega zich onprettig naar mij. Op die momenten moet je bij de les blijven. Wat gebeurt er en wat doet het met je? Dat blijft moeilijk, maar ik neem er door mijn vipassana-beoefening sneller afstand van.

In Thailand heb ik verlichte mensen ontmoet.

Ik voelde bij hen warmte en compassie. Ze hebben een scherp inzicht, weten waarover ze praten. Ze hebben het ongetwijfeld ook wel eens moeilijk, maar zullen zich snel herstellen. Dat is toch van een ander niveau dan de gemiddelde meditatiebeoefenaar. Ik ken een monnik die al drie jaar doodziek is. Ik vind het buitengewoon hoe hij daarmee omgaat. Als hij zich goed voelt ontmoet hij mensen en anders mediteert hij. Ik kan hem altijd bellen. Tot twintig jaar geleden was hij een zakenman met verschillende bedrijven. Hij zou monnik zijn voor een week of twee, zoals mannen in Thailand wel vaker doen. Hij bleef het.

Hoe vaker ik de confrontatie met fysiek ongemak aanga, hoe meer ik het ontstijg

Tweet

Ik ben een paar maanden monnik geweest. Het lijkt nog altijd aantrekkelijk om in te treden. Dan was ik in Thailand, veel mediteren, geen lastige collega’s. Maar het is niet mijn weg. En het leven blijft een hindernisbaan die we niet kunnen ontvluchten. Monniken hebben hun eigen beproevingen. Ik ben betrokken bij een Nederlandse sangha, waar ik geestelijke en emotionele ondersteuning ervaar in groepsverband. De begeleiders zijn bijzondere en liefdevolle voorbeelden. Naast dat regelmatige online contact mediteer ik ’s ochtends, of ‘s avonds om weer van de dag los te komen. Ook het fysiek ongemak van mijn medische aandoeningen kan ik dan loslaten. Hoe vaker ik die confrontatie aanga, hoe meer ik het ontstijg. Pijn is dan niet zo allesomvattend aanwezig, als een groot, zwaar blok. Het maakt me niet beter, maar het doet me iedere dag weer relativeren: het is tijdelijk.

Mijn ervaringen zou ik hier graag overdragen aan allochtone jongeren die bezig zijn met levensvragen en balans. Omdat ik eerder in de zorg werkte en met jongeren die het moeilijk hadden. Ook omdat ik zelf ooit in hun schoenen stond. Ik vond het pijnlijk als ik in een winkel gelijk een bewaker achter me aankreeg. Hoe kunnen mensen anderen zo categoriseren op uiterlijkheden? Dat hield me bezig. Ik merk dat jongeren nu sterk gericht zijn op de buitenkant. Ik zou ze laten zien dat ze hier kansen hebben en ze introduceren in meditatietechniek. Een mooi alternatief voor blowen. Want het gaat uiteindelijk om innerlijke vrijheid. Niet bezig zijn met gisteren of daarnet, maar de wereld tegemoet treden vanuit die altijd weer nieuwe ruimte in jezelf. Dat is verlichting op mijn niveau.”