Doneer
mediteren boeken

Van deze boeken ga je spontaan mediteren

Kitty's eerste poging tot meditatie mislukte. Wat deed ze verkeerd? Het antwoord op deze vraag vindt ze in het Het no-nonsense meditatieboek van neuroloog Steven Laureys en Een kleine meditatiegids van Tom Hannes.

Mijn eerste poging tot meditatie mislukte. Althans, zo voelde dat destijds. Ik studeerde journalistiek en schreef een reportage over spirituele groeperingen in de stad waar ik woonde. Zo belandde ik als ‘participerend journalist’ voor het eerst van mijn leven op een meditatiekussen bij een boeddhistische sangha. Ik kreeg netjes een uitleg over wat de bedoeling was, qua mediteren. Om dat vervolgens gelijk weer te vergeten, zodra ik op dat kussen zat. Naarstig zat ik te wachten tot ik ‘iets bijzonders’ zou voelen. Om na 20 minuten te constateren: man, wat heb ik zin om te slapen.

Had ik toen maar ‘Het no-nonsense meditatieboek’ en ‘Een kleine meditatiegids’ gelezen van respectievelijk Steven Laureys en Tom Hannes. Ze hadden me een lange reeks teleurstellingen in mijn ‘talent voor meditatie’ bespaard. Temidden van de zee aan zelfhulpboeken en bijbehorende vage beloften ( waarbij ‘word gelukkig’ denk ik een accurate samenvatting is) zijn de boeken van deze twee mediterende Vlamingen een verademing.

Meditatie = voor iedereen

no-nonsense meditatieboekBeide boeken blinken uit in de eenvoud en bescheidenheid waarmee ze beschrijven wat meditatie is en wat het met je kan doen. Opvallend daarin is hoe ze meditatie neerzetten als iets heel alledaags. De ‘hogere waarheden’ blijven je bespaard en ook de belofte op een ultiem gezond en gelukkig leven ontbreken. Wel geven de auteurs beide een objectieve en toegankelijke beschrijving van wat het beoefenen van meditatie nu feitelijk inhoudt en wat je daar mogelijk van merkt in je dagelijkse leven. En niet onbelangrijk: hoe kun je het in je leven introduceren en integreren?

In de eerste plaats lijken deze twee boeken vooral te willen zeggen: meditatie is niets bijzonders, het is voor iedereen weggelegd. De gezonde dosis zelfrelativering die de Vlamingen daarbij hanteren werkt motiverend en aanstekelijk. Zo bekent Steven Laureys aan het begin van zijn boek dat hij in een crisisperiode van zijn leven de stress vooral te lijf ging met alcohol en sigaretten. Tom Hannes opent zijn boek met: ‘Ik ben niet in de wieg gelegd om te mediteren. Mijn DNA is eerder hectisch dan kalm. Maar ik mediteer wel’.

Meditatie = sport

“Leren zwemmen is in de eerste plaats leren beseffen dat je drijft”, zegt psychiater en mindfulnesstrainer Edel Maex, in een van de interviews die Laureys’ boek verrijken. “De eerste stap is vertrouwen krijgen in het feit dat je drijft, zodat je niet in paniek raakt in het water.” Datzelfde is volgens Maex ook waar voor meditatie: je kunt het al van nature. Leren mediteren is volgens de psychiater vooral het herontdekken van de aangeboren vaardigheid om met je aandacht in het hier en nu te zijn.

Die vergelijking tussen sport en meditatie is kenmerkend voor Laureys’ taalgebruik. Aan de hand van verschillende sportmetaforen plaatst hij meditatie in een herkenbaar en alledaags kader. Door te mediteren, train je je brein als een spier, zei Laureys onlangs al in dit radiointerview. En in zijn boek adviseert hij om vooral laagdrempelig te beginnen, en niet meteen aan de Olympische Spelen (lees: dagelijks urenlang mediteren) te willen meedoen. Kijk, dat wil je als talentloze mediteerder graag horen.

Atletisch brein

Steven Laureys is neuroloog en doet al zo’n twintig jaar onderzoek doet naar het bewustzijn. Een belangrijke plek in zijn no-nonsense meditatieboek is dan ook weggelegd voor het onderzoek dat hij doet naar de effecten van meditatie op het brein. Een van zijn proefkonijnen is de boeddhistische monnik en meditatie-expert Matthieu Ricard. Gewillig gaf Ricard zich over aan de soms vervelende onderzoeken, waarmee Laureys en zijn team de hersenactiviteit van de monnik tijdens het mediteren probeerde te meten. Ricard bleek op breingebied een ware atleet: zijn hersenen waren duidelijk meer ontwikkeld op gebieden die verantwoordelijk zijn voor het reguleren van emoties, het focussen van de aandacht en het nemen van emotionele beslissingen. Het bezorgde de monnik in de media zelfs de titel ‘Gelukkigste man van de wereld’.

Meditatie = wat jij ervan bakt

Iedereen die daarop denkt: ‘Leuk voor Matthieu, maar ik heb helemaal geen tijd om 6 uur per dag te mediteren’ wordt zeker niet vergeten door Laureys. Ook met korte meditaties kun je al veel bereiken, zo moedigt hij de lezer aan. Daarnaast ontzenuwt Laureys veelvoorkomende misopvattingen over meditatie (meditatie = aan niets denken) en waarschuwt hij ervoor om al te goedgelovig mee te gaan in ‘de waarheden’ van goeroes die zeggen te beschikken over de enige echte meditatie-methodiek. Juist in een tijd waarin we overspoeld worden door goeroe’s en zelfhulpcoaches die hét panacee zeggen te hebben voor alle soorten leed, is dat een welkom advies.

Meditatie = niet alleen hier en nu

kleine meditatiegids tom hannesNet als Laureys is ook Tom Hannes wars van welke wolligheid rondom meditatie dan ook. Interessant vond ik zijn reflectie op wat Geertje Couwenbergh een paar jaar geleden treffend Firma Hier & Nu noemde. Het idee dat je voortdurend met je aandacht bij het nu moet zijn en dat dit hier en nu per definitie goed toeven is.

In het hoofdstuk ‘Mindfulness, het is hier en nu’, schrijft Laureys: ‘Mindfulness is de ultieme manier om je hersenen te trainen in het volle bewustzijn en te genieten van het hier en nu’.

Hannes ontkracht dit niet, maar geeft in het hoofdstuk “Mediteren = Een revolutie in drie tijden” wel een interessante kanttekening bij deze notie. Namelijk dat zowel de toekomst als het verleden onvermijdelijk aanwezig zijn in het huidige moment. Onze hersenen zijn nu eenmaal zo ingericht dat we voortdurend gedachten hebben over het verleden en anticiperen op de toekomst. Je daartegen verzetten en krampachtig gaan zitten genieten in het nu raadt Hannes af. Veel beter erken je de aanwezigheid van je gedachten aan het verleden of toekomst, om vervolgens te constateren: ‘inderdaad ja, ze verhinderen mij om me meer te verbinden met wat er in het hier en nu speelt. Zonder dat je jezelf daarbij veroordeelt. Door te erkennen dat je met je hoofd bij het verleden of juist de toekomst bent, neemt de kracht van dat gepieker, of dat verlangen volgens Hannes al een stukje af.

Meditatie = observerend vermogen

Zoals de zinsnede ‘je hersenen te trainen’ in bovenstaande zin van Laureys al suggereert gaat meditatie dus vooral over het trainen van je observerende vermogen. Door dat vermogen te oefenen op een kussen kweek je een spierkracht die de hele dag door van pas kan komen.

Zo ‘zag ik mezelf’ gister nog een zoekopdracht met #tekstschrijver op Linkedin invoeren, de ene na de andere statusupdate van andere #tekstschrijvers bekijkend, terwijl ik mezelf met de minuut een grotere uitgerangeerde loser begon te voelen. Toen ik even later in de regen bedrukt naar mijn auto liep kwam het besef dat ik in een social media fuik zat. In zo’n fuik gaat mijn aandacht precies naar die dingen die aantonen dat ik veel te weinig succes heb en dat zo’n beetje de gehele #restvandewereld veel beter bezig is. “Als ik dan toch op die toer ga, kan ik het net zo goed omdraaien en denken aan alles wat ik wél en de rest van de wereld niet heeft gedaan”, dacht mijn observerende ‘ik’. Het klaarde ter plekke een beetje op mijn hoofd.

Meditatie = denken aan muffins

Dat klinkt makkelijk en dat is het niet. Wie gaat mediteren zal net als ik vroeg of laat tegen het gevoel of de gedachte aanlopen (of zitten) dat het ‘niet lukt’. Alle mogelijke bezwaren, hobbels en twijfels die je kunt hebben bij het zitten op een kussen komen ook in deze boeken langs. Je lijf gaat pijn doen. Je betrapt jezelf erop dat je al een minuut lang zit te fantaseren over een geniaal recept voor een lactose-vrije chocolade muffin. Of je zit je gewoonweg helemaal kapot te vervelen. Geen probleem, het is geen teken van mislukken. Juist dat zogenaamde ‘falen’ helpt je immers om dat observerend vermogen sterker te maken.

Klinkt dat onaantrekkelijk? Misschien ís het dat soms ook wel. Des te knapper dat deze boeken me toch weten aan te sporen om het te blijven proberen, dat mediteren.


Geen zin om te mediteren? Tom ook niet. Maar hij verzon er iets op..


Video door: Leni Cellini, van Ont-Moeten