Doneer
1620-(C)ANNETTE FRICK-Babeth VanLoo-aangepast2

Babeth VanLoo: kunst die warmte overbrengt

De Nederlandse film- en televisiemaker Babeth Mondini-VanLoo maakte vele films op het snijvlak van kunst en spiritualiteit. Daarnaast was ze mede-oprichter van de Boeddhistische Omroep Stichting en organiseert ze nog steeds het jaarlijkse Boeddhistisch Filmfestival Europa. Een portret van een bijzondere vrouw.
Joseph Beuys
Joseph Beuys, foto door Babeth VanLoo.

“Kunst kan niet worden geleerd; KUNST IS. Voor mij is het een onophoudelijke stroom geweest, een ontdekkingstocht zonder einde.” Babeth VanLoo, geboren in 1948, bekleedde gedurende haar lange loopbaan diverse functies in de film- en televisiewereld, onder meer als regisseur, producer en docent.

De ontmoeting met haar leraar, Joseph Beuys, die het bevrijdingsproces onderdeel maakte van het creëren, veranderde het leven van de Nederlandse kunstenares ingrijpend. ‘Denken is vorm,’ verklaarde Beuys: “Toen ik later in aanraking kwam met het boeddhisme werd dit uitgebreid tot ‘Vorm is Leegte, Leegte is Vorm’.” Beuys beschouwde de kunstenaar als sjamaan en kunst als instrument voor sociale en geestelijke verandering. Met zijn werk wilde hij de harmonie herstellen die in onze wereld, naar zijn mening, verstoord was. Hij had het geloof dat kunst in staat is alles tot een hogere spirituele orde te transformeren, tot een harmonie tussen mens en aarde, tussen de mens en het leven.

Hoe opende Beuys voor jou de weg naar inzicht?

“Mijn spirituele reis begon inderdaad toen ik in mijn jonge jaren bij Joseph Beuys studeerde. Beuys was voor mij de sjamaan, die door zijn leven en kunst een bewustzijnsverandering tot stand bracht. Met het doel in contact te treden met de ‘niet-alledaagse werkelijkheid. Maar het feit dat Beuys kunst opvatte als ‘warmte-sculptuur’, als een heilzaam middel voor mens en maatschappij waarin vrouwen van bijzonder belang waren, heeft op mij de grootste invloed gehad.

Beuys vatte kunst op als ‘warmte-sculptuur’, als een heilzaam middel voor mens en maatschappij.

Tweet
Ik woonde in die tijd in Duitsland op het platteland en tegenover mij was het huis van de beroemde componist Stockhausen en zijn vrouw, de kunstenares Mary Bauermeister, die een groot inspiratiebron voor mij was. Bij hen kwam de Maharishi Mahesh Yogi, de grondlegger van de Transcendente Meditatie, op bezoek. Ik vond zijn onderricht heel boeiend maar ik had niet echt een hartverbinding met de man zelf. Hij gaf ieder van ons een speciaal eigen mantra om te mediteren en leerde ons ook telepathie. Tegelijk bestudeerde ik het werk van de Russische kunstschilder Kazimir Malevich, las de boeken van Gustav Jung en probeerde mijn dromen te duiden.”

Beschouw je jezelf als boeddhist? Praktiseer je dagelijks en welke traditie volg je?

Matthieu Ricard
Matthieu Ricard, foto via Buddhist Film Festival Europe.

“Toen ik in 1976 in New York studeerde zag ik voor het eerst mijn Tibetaanse leraar Dilgo Khyentse uit Bhutan. In zijn aanwezigheid ging mijn hart meteen open en ik wist dat ik mijn richting gevonden had. In 1982 ontmoette ik mijn leraar Namkhai Norbu. De Tibetaanse Vajrayana-stroming is sindsdien mijn dagelijkse praktijk -in het bijzonder Dzogchen. Dzogchen gaat terug naar de kern, naar de ongekunstelde bevrijding in het moment zelf.

Veel later ben ik met Matthieu Ricard naar Bhutan gereisd. Matthieu was jarenlang de rechterhand van Khyentse en ik heb een film over deze leraar en zijn leven geproduceerd. Toen Khyentse overleed, die trouwens ook de leraar van de koning van Bhutan was, kreeg ik toestemming om een drietal films over vrouwen in Bhutan te maken: ‘Bhutan- Women of The Dragon Kingdom’. Dat was een enorm privilege, omdat Bhutan in die tijd bij uitzondering gesloten was voor buitenlanders.”

Hoe heb je jouw positie als vrouw in de filmwereld ervaren?

Eigenlijk ben ik altijd bezig geweest met pionieren als vrouw in de filmwereld.

Tweet
“In San Francisco heb ik een master voor film als kunst behaald. Het was een geweldige tijd in de zeventiger jaren: vrij en onbekommerd. Dat geldt ook voor mijn jaren in New York. Toen ontstond mijn eerste 16mm film over Joseph Beuys. Af en toe vloog ik naar Nederland om muziekprogramma’s voor de televisie te maken. Ik was natuurlijk vrij jong, nog niet eens dertig jaar. Ik weet nog dat er in Nederland mannen waren die naar mij moesten luisteren omdat ik de regisseur was. Dat waren ze absoluut niet gewend.

Toen ik in 2000 programmadirecteur werd van de Boeddhistische Omroep Stichting (BOS) veranderde dat, daar werden ook vrouwen betrokken bij de productie. Eigenlijk ben ik altijd bezig geweest met pionieren als vrouw in de filmwereld. Het is een geweldig vak en ik ervaarde het als een cadeau om dit te mogen doen.”

Babeth van Loo
Babeth VanLoo, foto gemaakt door Waldo Bien.

Van 2000 tot 2013 was VanLoo programmadirecteur van de eerste boeddhistische omroep wereldwijd. In 2016 ging deze over in De Boeddhistische Blik van KRO-NCRV en Bodhi.

Hoe kijk je op deze periode terug en hoe vind je dat jouw erfenis wordt voortgezet?

“Het ontstaan van de BOS heeft zeven jaar geduurd. Onze aanvraag om binnen het publieke bestel ook een boeddhistische omroep in het leven te roepen werd meerdere malen afgewezen. In deze moeilijke tijd heb ik vaak de zegening gevraagd van boeddhistische leraren voor dit project. Geduld zeiden ze, en nog eens geduld! ‘Als het westerse boeddhistische karma er rijp voor is, dan gaat het komen,’ waren hun woorden. Bij het derde hoger beroep is het dan eindelijk gelukt.

Ik ben altijd al een workaholic geweest en met een goede club van fijne mensen was het fantastisch werken. Toen ik bij de BOS begon, had ik er al 23 jaar als filmmaakster en filmdocent op zitten. Ik kende in Nederland alle goede cameramensen en technici omdat ik producer van Johan van der Keuken was geweest. Het lastigste was om de verschillende boeddhistische groeperingen in Nederland ervan te doordringen dat we een boeddhistische omroep van hoge kwaliteit wilden worden. Een omroep die zich met spiritualiteit op televisie bezighield was er in die tijd nog niet. Het was een droom die werkelijkheid werd. En ik dank nog steeds alle boeddhavelden die dit mogelijk maakten!

Een omroep die zich met spiritualiteit op televisie bezighield was er in die tijd nog niet.

Tweet
Na ongeveer tien jaar werd er kritischer gekeken naar de positie van levensbeschouwelijke omroepen vanuit de politiek. Van 2010 tot 2013 begon het al een beetje af te brokkelen en uiteindelijk is de BOS, net als meerdere levensbeschouwelijke omroepen, opgeheven en daardoor haar autonome positie verloren. Dat is jammer. Toch ben ik heel dankbaar dat de programmering van De Boeddhistische Blik en Bodhi er nog is. Maar de KRO-NCRV blijft natuurlijk een christelijke paraplu waaronder ‘de boeddhistische blik’ nu valt.”

Sinds 2006 is VanLoo ook directeur en producer van het Boeddhistisch Filmfestival Europa in het Eye filmmuseum in Amsterdam. Een driedaags festival met uiteenlopende films, interviews, optredens en gesprekken. Tot corona kwam werd dit jaarlijks georganiseerd.

Mogen we dit jaar weer een festival verwachten?

Buddhist Film Festival Europe BFFE
De poster voor het Boeddhistisch Filmfestival in 2015.

“Ja, ik ben al geruime tijd met Eye bezig om dit weer te kunnen realiseren. Waarschijnlijk wordt het festival in Eye zelf wel enigszins korter, want voor hen zijn wij klein en niet gesubsidieerd. Ik zou graag willen dat het een autonoom en echt boeddhistisch festival blijft. Eye is volgens mij de beste plek voor dit festival. Het is een hele mooie locatie, waar mensen blij zijn om te komen. Er is dus hoop!”

Wat is jouw visie op de toekomst van de boeddhistische media?

“In de tijd van de BOS kregen we veel enthousiaste brieven en positieve feedback. Mensen kwamen thuis bij elkaar en gingen televisiekijken en discussiëren. Dat creëerde verbinding en samenzijn. Ik ben geen aanhanger van het passieve kijken naar een scherm. Men zou over de inhoud moeten converseren, iets collectiefs bewerkstelligen. Er zijn steeds meer mensen die inpluggen om te consumeren. De echte verbinding met elkaar is dan niet gegeven, dat is jammer.

Ik ben geen aanhanger van het passieve kijken naar een scherm.

Tweet
Wat mijzelf betreft zou ik nooit de vruchten van mijn boeddhistische beoefening hebben kunnen plukken zonder mijn leraren en hun onderricht. Zelf lijfelijk aanwezig zijn bij retraites is van grote meerwaarde. Natuurlijk is het voor mensen die minder mobiel zijn of ver weg wonen fantastisch dat ze nu de mogelijkheid van het internet en zoomsessies hebben. Toch kan de kracht van het echte samenzijn in stilte, de gemêleerde groep medemensen en de overdracht van een leraar mijns inziens niet vervangen worden.”

Welke films die je gemaakt hebt, zijn de belangrijkste voor jou als je nu terugkijkt?

“Dat vind ik moeilijke vraag, omdat alle films voor mij op zichzelf bestaansrecht hebben. Soms is dat groot, soms is dat kleiner, soms is het specifiek boeddhistisch. Voordat ik met de BOS begon, heb ik in Bhutan de films over die sterke vrouwen gemaakt, waar we het al over hadden. Eigenlijk vind ik deze films nog steeds zeer bijzonder. Op deze trilogie ben ik heel trots. Dat wij Bhutan binnen mochten met de crew en kennis maakten met het feit dat Bhutan de welvaart van zijn bewoners niet uitdrukt in een Bruto Nationaal Product maar in Bruto National Geluk!

Khandro Rinpoche in A WOMANS PATH OF PEACE
Khandro Rinpoche in A Woman’s Path of Peace.

Verder ben ik erg gesteld op de film over Khandro Rinpoche met de titel: ‘A Woman’s Path of Peace.’ Zij is echt een hele grote dharmalerares. En op de film ‘Inner Voice’ over Meredith Monk uit 2009. Het is altijd mijn intentie en wens geweest dat mensen mijn films voelen, niet alleen maar aanschouwen. Een film zou je recht in je hart moeten raken. Deze inzet heb ik altijd gehad. Het is een moeilijk proces. Ik ben heel dankbaar en blij als het me lukt dat de kijker de conceptuele mind loslaat tijdens het kijken. Bij de film over Thich Nhat Hanh, toen hij na 39 jaar ballingschap voor het eerst weer naar Vietnam terugkeerde, heb ik deze emotie zelf diep ervaren. Het was een geweldige belevenis om deze film te produceren en hem met camera te mogen begeleiden naar zijn vaderland.

Een film zou je recht in je hart moeten raken. Deze inzet heb ik altijd gehad.

Tweet

Je hebt door de jaren heen veel boeddhistische leraren van dichtbij meegemaakt, hoe was dat?

Ja, het was een voorrecht om, naast de vele Tibetaanse leraren die ik kende, ook grote zenmeesters zoals Bernie Glassman en Kazuaki Tanahashi te leren kennen en met hen een vertrouwensband op te bouwen. Kenmerkend in mijn films en in mijn leven is het principe van de energieoverdracht tussen mensen. Hierin was Beuys mijn leermeester. Volgens hem is de mens een wezen dat onzichtbare energieën kan vrijmaken. In verbinding met anderen kunnen deze energieën getransformeerd worden in liefde en sociale warmte.

Als voorbeeld kan ik mijn eigen angsten voor hoogstaande leraren noemen, die ik in het begin van mijn loopbaan wel degelijk had. Het energiewerk hielp me dit te herkennen en te overkomen. Later werd ik vaak gevraagd om chauffeur te zijn voor deze leraren als ze Europa bezochten. Bij mij konden ze stil zijn, uitrusten en hoefden ze niet te praten in de auto. Zij waren zich natuurlijk uitermate bewust van de overdracht van energie. En dat was heilzaam voor mij en prettig voor hen.”

In maart 2013 ontving VanLoo in Thailand de ‘Outstanding Woman in Buddhism Award’ van de ‘United Nations Women’s Commission’. Volgens het comité maakte ze op een creatieve manier het verschil in de wereld door haar inzet voor vrede en diversiteit.

Deze prijs is een grote eer. Bestaat er zoiets als een internationaal boeddhistisch vrouwennetwerk?

Babeth van Loo
Babeth VanLoo, foto gemaakt door Barbara van Itersum.

“Ja, er bestaat een wereldwijd internationaal boeddhistisch vrouwennetwerk met de naam ‘Sakyadhita.’ Het biedt een communicatienetwerk voor boeddhistische vrouwen. De leden streven naar het creëren van gelijke kansen voor de 300 miljoen vrouwen in alle boeddhistische tradities. Elke twee jaar vindt er een conferentie plaats, die ik een keer bezocht heb.

Lange tijd hadden boeddhistische nonnen niet dezelfde rechten en mogelijkheden als monniken. In 2007 filmde ik Zijne Heiligheid de Dalai Lama in Hamburg bij de eerste conferentie over de rol van vrouwen in het boeddhisme, omdat hij zelf actieve stappen ondernam om discriminatie van boeddhistische nonnen tegen te gaan. Een aantal jaren geleden is de eerste vrouwelijke – zelfs westerse – Geshe ‘Geshe’ is een academische graad die tot voor kort enkel verleend werd aan monniken in het Tibetaans boeddhisme. erkend en er zijn enkele ‘Geshe’ opleidingen voor nonnen in India gestart.”

Meerdere boeddhistische sangha’s kregen de afgelopen jaren te maken met grensoverschrijdend gedrag en misbruik. Over de film ‘Dharma Rebel’, die VanLoo in 2019 maakte over Noah Levine van de sangha ‘Against The Stream’, was veel discussie. Hij werd beschuldigd van seksueel wangedrag.

Hoe zouden we in de media met boeddhistische misbruikzaken om moeten gaan?

Noah Levine
Noah Levine in de film ‘Dharma Rebel’.

“Ik ben van mening dat men in de boeddhistische berichtgeving niet sensatiebelust moet zijn. De dingen die gebeurden zijn uiterst verwerpelijk, maar wat ik belangrijk vind is dat er niet nog meer haat en vijandigheid aangewakkerd wordt. Ik vind het belangrijk om onrecht naar buiten te brengen, als dat behulpzaam is voor groepen mensen.

Diep van binnen ben ik ervan overtuigd, dat het grootste gedachtegoed van het boeddhisme de kwaliteit van ‘niet oordelen’ is. En tegelijk is dit ook het moeilijkste, als het gaat om macht en misbruik. Er zijn ook andere voorbeelden van mensen uit de geschiedenis, die geen boeddhist zijn, maar de gedachte van ‘niet oordelen’ onder zware omstandigheden konden toepassen. Denk aan de beroemde zin van Rosa Luxemburg: ‘Freiheit ist immer die Freiheit der Andersdenkenden.’ Of aan Nelson Mandela, die na 27 jaar in de gevangenis gezeten te hebben, zonder wraakgevoelens en haat in vrijheid kwam. Hij was in zijn isoleercel niet bezig de mensen te veroordelen die hem zoveel leed hadden aangedaan, maar bouwde in zijn geest met hen aan een hoopvolle toekomst voor zijn land.”

Heeft jouw boeddhistische praktijk je geholpen bij het proces van ouder worden, ziekte en de vragen over de dood?

“Zeker heeft het me enorm geholpen. Het is vaak zo, dat mensen met het boeddhisme in aanraking komen als er een crisis in hun leven is. Ze gaan dan met zingeving aan de gang. Ik heb zelf kanker gehad. Ik herinner me het moment waarop ik de diagnose kreeg. Alles gleed onder mij weg. Ik zag mijn leven als een film aan me voorbijgaan. Kort daarna kwam mijn zoon binnen met mijn kleindochter van vier jaar. Ze rende lachend naar mij toe met open armen. Ik besefte haar onvoorwaardelijke liefde en ervaarde een wake-up call in mijn hele lichaam. Ik dacht: ‘Ik wil blijven leven voor dit kind.’ Deze gedachte bracht me terug in mijn kracht. Het was geen aanhankelijkheid of hechting aan het wereldse bestaan maar meer het gevoel: ik ben nog niet klaar met dit leven, ik heb nog iets bij te dragen.

Het besef en het inzicht van vergankelijkheid wordt helderder met elke dag.

Tweet
Het proces van ouder worden blijft natuurlijk een pad met obstakels. Het is niet zo dat de angst voor de dood verdwenen is, maar door de beoefening van meditatie leer ik wel om ermee om te gaan, ermee bevriend te raken. Het besef en het inzicht van vergankelijkheid wordt helderder met elke dag. Ik kijk met verwondering naar mijn leven. Is het nou echt zo belangrijk om in deze fase van mijn leven nog een film te maken? Ik heb nu drie kleinkinderen. Als ik in hun ogen kijk dan zie ik hun onvoorwaardelijke liefde. Dan voel ik weer die energie-overdracht, die warmte, waarmee mijn weg als kunstenaar bij Beuys begonnen is. En dat is toch het allerbelangrijkste in mijn leven.”

Zelf kijken?

 

De omslagafbeelding is gemaakt door Annette Frick.